Dierendag vieren

In de aanloop naar 4 oktober verschijnen er weer verschillende dierendagacties op mijn facebook-tijdlijn. Op dierendag zelf wordt hij overspoeld met foto’s van de meest liefhebbende baasjes die er trots bij vermelden dat het elke dag dierendag is. Er zijn ook mensen die graag dierendag met hun dier zouden willen vieren, maar het niet meer kunnen. Omdat ze niet meer voor zichzelf kunnen zorgen of bijna niet meer weten wie ze zijn. We hadden deze week vier boekingen met de Beestenplein Aai- en Knuffelploeg, van woensdag tot en met zaterdag.

Naast knuffelhond Noa had ik de luxe om ook haar zusje Qui-Qui mee te nemen. Heel fijn, want ook zij is een geboren knuffelaar. Ik ben blij dat ik haar mocht “lenen”. De kipjes Punkie en Plumeau gingen mee en een stel cavia’s die het fijn vinden om geaaid te worden. Iedere dag was er wel iemand die graag mee wilde op het bezoek. Dat is heel handig, want dan kunnen er meer mensen genieten van het contact met dieren.

Het is echt mooi om te zien wat dieren losmaken in mensen. Maar het is nog mooier om te zien wat ze doen voor dementerende ouderen. Op de afdelingen die we woensdag, donderdag en vrijdag bezoeken beginnen bij binnenkomst al een paar bewoners te glunderen bij het zien van de honden. Anderen turen in de vervoersmandjes die we bij hebben en sommige mensen kijken niet op of om. Een enkeling trekt een vies gezicht. Noa en Qui-Qui worden los gelaten en gaan hun eigen ding doen. Langzaam lopen ze langs de bewoners (en begeleiding) in de hoop op een uitgestoken hand. Komt die niet, dan lopen ze rustig door. Maar anders gaan ze gerust even zitten voor een uitgebreide aaisessie. Ze horen het hele verhaal aan over hoe lief ze zijn, over de honden die mevrouw vroeger gehad heeft en hoe dat nog vier keer verteld wordt. Bij bewoners in een rolstoel of bed laten we Noa even met haar voorpoten op de stoel zijn. Ze heeft van die lekkere zachte poten en als iemand die aanraakt breekt er een lach door op zijn gezicht. Als Noa richting een andere bewoner wandelt begint die “shhhh!” te zeggen en wapperende bewegingen met haar handen te maken. Ze loopt door naar een mevrouw die haar al gespot had en haar beide handen naar haar uitsteekt. Mooi. Geduldig laat ze haar kop vastnemen en luistert geduldig naar wat mevrouw te vertellen heeft.

Ondertussen zijn de cavia’s ook al druk aan het werk. Er zijn cavia’s mee die het niet erg vinden, en zelfs heerlijk vinden, om geaaid te worden. De meeste zijn zelfs zo geduldig dat ze meestal wel een halfuur of soms nog langer op schoot blijven zitten en zich al die tijd lekker laten aaien. Kleine Snoesje is in een mandje bij een mevrouw op schoot gezet en haar oogjes vallen bijna dicht van genot. Wat is dat aaien toch heerlijk. Mevrouw kan niet ophouden met zeggen tegen iedereen in heerlijk plat Brabants “wè lief” dat kleine beestje is. Dat houdt ze een uur lang vol. Snoesje gelukkig ook. Beau zit inmiddels midden op tafel met haar dikke billen. Ze heeft een stukje paprika gekregen en smult erop los. Floortje is het knuffelen even beu en begint te draaien. Tijd voor haar om terug in het rennetje te gaan wat we opgezet hadden bij aankomst.

De kipjes scharrelen al die tijd lekker rond. We krijgen altijd wel de vraag wat dat nou zijn. Kippen? Ohja. Dat halen ze er nog wel uit, ondanks hun hippe kapsel. Zijn het nog kuikens? Want ze zijn zo klein. Nee? Oh. Het zijn krielkipjes. Hennetjes. Leggen ze eieren? Hoe groot zijn die eieren? Ja, de kippen zijn reuze interessant. Ik haal er even eentje uit om een rondje mee te maken. Op schoot stilzitten doen ze niet, maar even aaien over hun koppie vinden ze best wel ok. De bewoners vinden het prachtig om te voelen hoe zacht de kipjes aanvoelen. De meeste medewerkers vinden het maar eng. Pikken die beesten niet? Welnee zegt een bewoner die vroeger zelf kippen heeft gehad.

Zaterdagochtend hebben we een andere setting dan normaal. Geen gesloten afdeling, maar een gezamenlijke ruimte waar bewoners van de niet-gesloten afdeling naar wens kunnen komen kijken en ervaren. We blijven ook iets langer dan normaal. Yazoo is er ook bij vandaag, want in zo’n ruimte komen behoorlijk wat meer mensen langs dan in één afdeling. Een extra aaihond is dan geen overbodige luxe. Yazoo moet wel aan de lijn blijven, want zij reageert anders op mensen die het niet zo leuk vinden. Maar verder geniet ze van al die aandacht en dat geaai en mensen genieten van haar. We hebben wat extra cavia’s mee en een extra ruime ren, zodat ze lekker de ruimte hebben en er wat meer leven in de brouwerij is. De kipjes lopen er vrolijk tussendoor.

Er zijn oude mensen die hele verhalen vertellen over hun huisdieren van vroeger. Over dat hun hondje zo op dat hondje lijkt en over die “marmotten”. Ze praten met elkaar. Ze lachen. Medewerkers wijzen naar een bewoner: “Kijk daar nou naar meneer Jansen!”. Er komen lichamelijk beperkte mensen langs in aangepaste rolstoelen, die het geweldig vinden om een cavia in een zacht mandje op hun blad te kunnen aaien of een kusje van een hondje te krijgen. Passerende medewerkers maken een tussenstop om even snel een cavia te knuffelen of de hondjes te begroeten. De meeste bewoners blijven genieten tot het tijd is om te gaan. De dieren zijn inmiddels helemaal zen en verzadigd. We pakken alle diertjes weer in, bedanken het personeel voor het bezoek en zij bedanken ons voor onze komst. Het was geslaagd.

De drukte is nog niet voorbij. Ik moet nog een workshop over cavia’s geven: het fenomeen dat cavia heet. Er zijn een aantal enthousiaste gezinnen aanwezig die geïnteresseerd meedoen. De meeste van hen hebben nog geen cavia’s en willen eerst eens meer weten over deze diertjes voordat ze overgaan tot het in huis nemen ervan. Want stel dat je ze aanschaft en ze blijken helemaal niet bij je verwachtingen te passen! Zo hoort het, denk ik. Dat is een mooi voorbeeld van het maken van een weloverwogen keuze. En een stukje verantwoordelijkheid nemen.

’s Avonds open ik mijn mailbox en lees de berichtjes van de caviaopvang. Een niet al te bijzonder berichtje plopt binnen. Een gezin wil hun cavia’s afstaan. Het gaat om twee dieren van nog geen jaar oud. Ze waren gekocht voor de kinderen omdat die graag huisdieren wilden en natuurlijk was de zorg hiervoor goed voor het leren van verantwoordelijkheidsgevoel. Ze deden er alleen niet zo veel meer mee als eerst en nu waren ze overgeleverd aan moeders goede zorgen. Maar dat was niet de bedoeling van moeders. Zij werkt immers vier dagen en om dan ook nog de zorg van de dieren op zich te nemen…. Nee ze konden ze niet de aandacht geven die ze verdienden. Het is eigenlijk het standaard verhaal in de opvang. Geen kwestie van kunnen. Eerder van prioriteiten stellen en daarin passen de cavia’s met hun kwartiertje werk niet tussen. Hoe wil je je kinderen leren om voor dieren te zorgen als je er zelf de moeite niet eens voor neemt? En om dan het ultieme voorbeeld te geven…. Als je ze niet meer wilt verzorgen doe je ze weer weg als een stukje speelgoed.

Ik denk aan de mensen die vol enthousiasme deelnamen aan de workshop. Ik denk nog even aan de mensen die ik vandaag zag in het verzorgingstehuis. De mensen die zo graag een diertje willen houden maar het niet kunnen. Ik kijk naar onze honden die voldaan rondom mij liggen te slapen. Ik zou ze nooit weg kunnen doen, ik zou altijd een manier vinden om voldoende tijd voor ze vrij te maken. Ik heb ook wel eens dieren genomen waar ik wat minder klik mee had. Maar ik voelde me wel verplicht om voor ze te zorgen. Ik heb voor mijn dieren gekozen, zij niet voor mij. Maar ze zijn wel van mij afhankelijk voor een gelukkig leven. 

Ik ben blij dat deze mensen contact met me opnemen en in ieder geval de moeite nemen om ze bij ons af te staan. Het is een verhaal als zovelen en daarvoor heb je een opvang. Ik ga ze niet veroordelen om hun keuzes, ik vind het juist heel goed dat ze de dieren willen brengen. Maar begrijpen zal ik het nooit doen.

Reacties kunnen niet achtergelaten worden op dit moment.